Pruimenchutney maken is iets waar ik elk jaar naar uitkijk zodra de pruimen rijp zijn. Die diepe, zoetzure smaak met een vleugje kruidigheid past perfect bij een stukje kaas, koud vlees of gewoon op een boterham. Wat ik er zo fijn aan vind, is dat je met een handvol verse ingrediënten een potje pure smaak kunt maken dat maandenlang meegaat. Zeker als je veel pruimen hebt uit eigen boom of van de markt, is het een dankbare manier om niets te verspillen.
In de keuken ruikt het al snel heerlijk als de pruimen pruttelen met azijn, ui, specerijen en een beetje suiker. De geur van kaneel, kruidnagel en mosterdzaad vult het huis en doet denken aan de herfst. Je kunt de chutney trouwens helemaal naar je eigen smaak aanpassen: pittiger, zoeter, kruidiger, wat jij maar wilt.

Hoe pruimenchutney maken
Ingrediënten
- 1 kilogram rijpe pruimen ontpit en grof gesneden
- 250 gram ui fijn gesneden
- 200 gram bruine suiker
- 250 milliliter appelazijn
- 1 theelepel zout
- 1 theelepel mosterdzaad
- 1 theelepel gemalen kaneel
- 1 theelepel geraspte gember
- 2 teentjes knoflook fijngehakt
- 4 kruidnagels
- Optioneel: een halve rode peper fijn gesneden (voor extra pit)
Instructies
1. Voorbereiden
- Was de pruimen goed, snijd ze doormidden en verwijder de pitten. Snijd ze daarna in grove stukken. Pel de uien en snijd ze fijn. Hak ook de knoflook fijn en rasp de gember. Als je een rode peper gebruikt, verwijder dan eventueel de zaadjes en snij hem in dunne stukjes.
2. Chutney maken
- Doe de pruimen samen met de uien, knoflook, gember, azijn en suiker in een grote pan. Voeg ook de specerijen toe: kaneel, kruidnagel, mosterdzaad en zout. Roer alles goed door.
- Breng het mengsel langzaam aan de kook op middelhoog vuur. Als het begint te koken, zet je het vuur lager en laat je het zachtjes sudderen. Roer regelmatig, zodat het niet aankoekt. Laat de chutney inkoken tot het dik en stroperig is. Dat duurt meestal tussen de 45 minuten en 1 uur.
- Wanneer de chutney dik genoeg is (als een houten lepel een spoor trekt door de pan), schep je hem met een trechter of soeplepel in de schone potten. Vul ze tot net onder de rand, sluit ze direct af met het deksel, en zet ze eventueel kort op de kop om vacuüm te trekken.
- Laat de potten afkoelen op een theedoek op een rustige plek. Zet ze daarna rechtop en plak er een etiket op met datum en inhoud. Bewaar ze op een donkere, koele plek.
Hoelang kun je zelfgemaakte pruimenchutney bewaren?
Zelfgemaakte pruimenchutney kun je, mits goed afgesloten en schoon verwerkt, minstens 6 tot 12 maanden bewaren. Belangrijk is wel dat je de potten op een donkere, koele plek bewaart, zoals een kelder of voorraadkast. Vermijd direct zonlicht en temperatuurschommelingen.
Zodra je een pot hebt geopend, bewaar je hem in de koelkast. Dan blijft de chutney nog zo’n 3 tot 4 weken goed. Gebruik altijd een schone lepel om besmetting te voorkomen, en sluit de pot direct weer af.
Veelgestelde vragen
1. Moet ik de pruimen schillen voor chutney?
Nee, de schil van de pruimen wordt tijdens het koken zacht en draagt juist bij aan de smaak en kleur. Schillen is dus niet nodig.
2. Mijn chutney is nog erg dun, wat nu?
Blijf nog wat langer inkoken met het deksel van de pan. Hoe langer het suddert, hoe dikker het wordt. Roer regelmatig en zet het vuur niet te hoog.
3. Kan ik suiker vervangen door honing of agavesiroop?
Dat kan, maar houd er rekening mee dat de houdbaarheid iets korter kan zijn. Suiker helpt bij het conserveren.
4. Wat als ik geen appelazijn heb?
Je kunt ook witte wijnazijn of natuurazijn gebruiken. Vermijd balsamico, want die geeft een heel andere smaak.
5. Kan ik de chutney invriezen?
Dat kan, maar is niet ideaal. Inmaken in potten zorgt voor langere houdbaarheid en betere textuur. Ingevroren chutney kan waterig worden.
6. Wat past goed bij pruimenchutney?
Heerlijk bij oude kaas, paté, gegrild vlees, op een hamburger of gewoon bij de lunch met brood. Ook lekker bij stamppot in de winter.
7. Kan ik dit recept verdubbelen?
Ja, dat kan prima. Zorg dan wel voor een extra grote pan en wat langere kooktijd, en steriliseer voldoende potten.

Wilhelmus Hengstmengel
Auteur en kokAls kok weet Wilhelmus Hengstmengel als geen ander lekker eten begint bij het op de jusite Manier bewaren van levensmiddelen. Hij heeft inmiddels ruim 15 jaar ervaring in de keuken (dus ook met het bewaren en invriezen van onder andere groente, fruit, vlees, vis, en gerechten), en schrijft artikelen en recepten voor diverse Nederlandstalige receptensites (onder andere deze site), en enkele Duitstalige receptensites. Als oud groenteboer weet hij veel over groenten en fruit, en door het veelvuldig koken ook veel over de bereiding van vlees en vis. En natuurlijk over het langer goed houden van voedingsmiddelen. Hij heeft een passie voor het schrijven over simpele gerechten en kookmethoden. is een geboren Rotterdammer, maar vandaag de dag een echte Tiroler en Wereldburger. Bewaren en invriezen is over de hele wereld nagenoeg hetzelfde, maar toch soms net even anders.